Feeds:
Berichten
Reacties

Archive for februari, 2014

Jullie gaan komend weekend carnaval vieren. Ik niet, ik vlucht. Weg van dat feestgedruis, weg van de idioterie. Voor mijn geen optocht, geen bier, geen kroegentocht. Want ik heb echt niks met carnaval. Nooit gehad, alhoewel ik het wel geprobeerd heb en er natuurlijk beroepshalve in de afgelopen 40 jaar wel mee te maken heb gehad. Tegen wil en dank, dat dan weer wel.

Dit moet rond 1979 geweest zijn, toen ik als redacteur van Janssen Pers het carnaval in Gennep versloeg. Participerende journalistiek dus...

Dit moet rond 1979 geweest zijn, toen ik als redacteur van Janssen Pers het carnaval in Gennep versloeg. Participerende journalistiek dus…

Voornamelijk in de tijd dat ik bij uitgeverij Janssen Pers in Gennep werkte, had ik jaarlijks veel met carnaval te maken. De plaatselijke carnavalsvereniging Mombakkes en ook de carnavalsclubs van omliggende plaatsen als Bergen, Heijen, Afferden, Ottersum en Milsbeek kregen ieder jaar een keurige carnavalskrant en ook de krant na het carnaval, met alle foto’s van optochten en dergelijke, zag er altijd top uit. Gelukkig hadden die carnavalsverenigingen allemaal een medewerker of bestuurslid, die prima artikeltjes schreven. Ik vond dat best, want dan hoefde ik het zelf niet te doen en er alleen maar eindredactie op te plegen. Ik bleef het liefst aan de zijlijn staan. Het bezoeken van het jaarlijkse prinsenbal, de pronkzittingen of de optocht waren een hinderlijke, vervelende verplichting, maar ik moest er nu eenmaal bij zijn als redacteur van de lokale krant. De vooraanstaande meneren van de carnavalsclub waren tenslotte allemaal invloedrijke adverteerders in de krant. Tja, en wat doe je dan. Dan probeer je er het beste van te maken. Ik stortte mij heel voorzichtig in het feestgedruis, maar het carnavalsfeest heeft mij nooit echt kunnen beetpakken. Ik hou van gezelligheid, dat weten de meesten wel. Ik lust graag een drankje, hou van het Bourgondische leven, sommigen noemen mij een feestbeest, maar met carnaval heb ik zoiets van: laat maar, hoeft niet!

Sorry, maar met carnaval heb ik dus echt helemaal niks...

Sorry, maar met carnaval heb ik dus echt helemaal niks…

Het zal met mijn kom-af te maken hebben. Ik ben geen geboren Brabander, het carnaval zit bij mij als Hagenees niet in het DNA. Ik ben er niet van kindsaf aan mee opgegroeid en was al bijna 18 jaar, toen ik van Den Haag naar Nijmegen verhuisde. Ik heb ook nog wel eens als DJ op carnavalsfeesten gedraaid, maar ook dat was geen doorslaand succes. In de laatste plaats niet voor mezelf. Drie weken geleden werd ik benaderd door een boekingskantoor. Of ik voor een best interessante gage tijdens de Elfkroegentocht op dinsdag 5 maart in Cuyk wilde draaien. Nou moet er veel gebeuren wil ik een DJ-gig afwijzen, maar ik heb hier toch vriendelijk voor de eer bedankt. Je doet er namelijk echt niemand een plezier mee. Al die mensen niet en mezelf ook niet. Want ik vind het simpelweg niet leuk. Bovendien hoorde ik laatste iemand over carnaval zeggen: ‘dat is toch alleen maar zuipen en achter de wijven aan?’  Als ik dat al zou willen heb ik daar geen carnaval voor nodig. Dat kan ik bij wijze van spreken ieder weekend!

Carnavalsoptocht Den Bosch 1992: wie bende gullie en wa stelde gullie vur? (foto: ANP)

Carnavalsoptocht Den Bosch 1992: “Wie bende gullie en wa stelde gullie vur?” (foto: ANP)

In 1992 heb ik kortstondig bij Omroep Brabant in Den Bosch als programmaleider gewerkt. Jarenlang bij de NCRV en NOS had ik beroepsmatig niets met carnaval van doen. Heerlijk! Maar bij Omroep Brabant was ik een van de verslaggevers, die in februari van dat jaar een reportage van de Bossche optocht mocht maken. Mocht? Moest, want liever had ik nee gezegd. Sjezus, wat vraag je dan aan die mensen die in zo’n optocht meelopen? Wie bende gullie en wa stelde gullie vur? Meer kun je toch in alle redelijkheid niet verzinnen? En dan die ongelooflijke t*ringherrie op die zuipwagens! Niks voor mij dus. Jarenlang ging ik in de carnavalsweek skien. De kids hadden toch schoolvakantie! Maar de carnavalsweken in de sneeuw zijn mij veel te druk geworden. En met de kids kan ik inmiddels ook buiten de schoolvakanties skien. Maar, ik ben er tijdens de carnavalsdagen toch weer weg van. Vluchtgedrag dus. Net als vorig jaar heerlijk vier dagen naar Scheveningen, weg van de gekte, weg van de idioterie. De hardloopschoenen en iPad gaan mee en die drankjes pak ik daar wel! Niettemin wens ik jullie komende dagen alle lol van de wereld. Geniet er intens van, dan doe ik dat ook. Op mijn manier! Alaaf en proost!

(Op 1 april a.s. ben ik 40 jaar journalist. In januari, februari en maart zal ik wekelijks in blog-vorm de nodige anekdotes uit 40 jaar Journalistiek prijsgeven, inclusief foto’s uit den ouden doosch! Soms hilarisch, soms spannend, misschien ook wel onthullend! Volgende week deel 8)

Advertentie

Read Full Post »

Hij staat te boek als een van de grootste en beste DJ’s ter wereld: de Zweed Tim Bergling alias Avicii stond afgelopen weekend twee keer voor een uitverkocht Ziggodome in Amsterdam. Tweemaal 17.000 bezoekers. Waarschijnlijk had de 24-jarige Zweed de Ziggodome ook vier keer uitverkocht! Maar was ik nu bij een dancefeest of een popconcert?

Avicii met zijn rechterhand onophoudelijk omhoog, als een dirigent die zijn eigen muziek dirigeert!

Avicii met zijn rechterhand onophoudelijk omhoog, als een dirigent die zijn eigen muziek dirigeert!

Tim Bergling’s naam, die eerder hits maakte als Tim Berg en Tom Hangs, heeft met name het laatste jaar enorm aan populariteit gewonnen. De naam Avicii is gebaseerd op Avici, wat het laagste niveau is binnen de boedistische hel. De hit Wake Me Up, die niet alleen in Nederland, maar in meer dan 35 landen wekenlang op nummer 1 stond, zorgde voor de definitieve doorbraak. Volgens het Amerikaanse zakenblad Forbes heeft Avicii inmiddels een jaarinkomen van 20 miljoen dollar. De Zweed stond afgelopen jaar na Hardwell en Armin van Buren op de derde plaats van de toonaangevende DJ Mag Top 100.

Avicii’s grote doorbraak ontstond een jaar geleden, eind maart 2012 op het Ultra Music Festival in Miami. Daar kwamen plotseling een banjospeler en soulzanger Aloe Blacc het podium op. Samen speelden ze de eerste keer Wake Me Up live. De rest is inmiddels geschiedenis. Wake Me Up stond in Nederland vanaf 6 juli elf weken onafgebroken  op de eerste plaats van de Top 40 en werd uiteindelijk de best verkochte single van 2013.
Het wordt Avicii toegedicht dat hij de nieuwe popmuziek heeft ontwikkeld. Radio 3-dj Giel Beelen noemt hem de Mozart-van-nu. Voor zijn debuutalbum True liet hij gerenommeerde singersongwriters liedjes componeren, waar hij vervolgens zelf een beat bij maakte. Zo ontstonden het country-achtige Wake Me Up, maar ook Hey Brother, dat ook een Guus Meeuwis-cover had kunnen zijn. Of zijn nieuwste hit Addicted To You, dat klinkt naar Adele en zo uit de nieuwste James Bond-film had kunnen komen.

Hoog tempo van lichteffecten bij Avicii in Ziggodome.

Hoog tempo van lichteffecten bij Avicii in Ziggodome.

De twee identieke concerten dit weekend kwamen wat lastig op gang. De opening met Hey Brother was spectaculair, maar in het eerste half uur bleef Avicci wat hangen in de wat softere nummers van zijn album. Pas daarna, toen oudere hits als Fade Into Darkness, Bromance en Levels aan bod kwamen, de grote hits van zijn landgenoten van Axwell, Sebastian Ingrosso en Steve Angello van Swedish House Mafia voorbij kwamen en hij ook nummers van Nederlandse DJ’s (Starlight van Don Diablo, This Is What It Feels Like van Armin van Buuren en Animals van Martin Garrix) draaide, kwam de avond echt op gang. In die zin moet Avicii zich in het hol van de leeuw hebben gevoeld. Want het zijn toch juist de Nederlandse DJ’s, die de dance over de wereld populair hebben gemaakt en die met zeven vermeldingen in de DJ Mag Top 10 staan! Niettemin weerstond Avicii die uitdaging en sloot de twee uur durende set af met -natuurlijk- zijn grootste hit Wake Me Up.

Dancefeest of popconcert?

Dancefeest of popconcert?

De veelzijdigheid van Avicii spatte er af, want de Zweed bleef niet bij een enkele stijl: van zijn pop-hits switchte hij even gemakkelijk naar de wat stevigere electro, bigroom en progressive house, soms zelfs met een vleugje dubstep. Zijn rechterhand stak hij onophoudelijk omhoog, alsof hij de muziek dirigeerde die hij ook even onophoudelijk meezong.

Opmerkelijk was dat Avicii daarbij nauwelijks een koptelefoon gebruikte en vrijwel niet naar z’n Pioneer CDJ2000-draaitafels keek. Het kan zijn dat de Zweed een in-ear-system gebruikte. Dat was op afstand niet te beoordelen. Of de mixen waren tot in perfectie voorbereid. Dat zou met het hoge tempo van muziek en de timing van de lichteffecten niet eens zo onlogisch zijn. Want het blijft een raar fenomeen: twee maal 17.000 mensen die uit hun dak gaan voor een DJ, die twee uur lang zijn eigen plaatjes en die van anderen draait. En die daarvoor een bedrag van zeker zes cijfers voor de komma toucheert. Niettemin zette Avicii een meer dan uitstekende set van twee uur neer. Waarin hij inderdaad bewees een van de besten van de wereld te zijn. Maar wat blijft hangen: was ik nu bij een dancefeest of bij een popconcert? Want geheel in tegenstelling tot gangbare dancefeesten was het feest om elf uur afgelopen en was iedereen op tijd weer thuis.

Read Full Post »

In deze week van de Olympische Winterspelen in Sochi dwalen mijn gedachten begrijpelijkerwijs af naar de enige Winterspelen, die ik als radio-verslaggever heb mogen doen: in 1992 in Albertville. In totaal heb ik vijf keer Olympische Spelen gedaan: zomerspelen in Seoel 1988, Barcelona 1992, Atlanta 1996 en Sydney 2000. Maar dus slechts één keer de Winter-editie.

Het allerbelangrijkste document: je persaccreditatie voor Albertville '92

Het allerbelangrijkste document: je persaccreditatie voor Albertville ’92

Ik werd overigens pas vrij kort voor het begin van de Spelen in Albertville gevraagd. Mijn gewaardeerde collega Jorrit Jorritsma was samen met Henk Kok al aangewezen om daar het lange baan-schaatsen te doen. Maar er is iets gebeurd, waardoor Jorrit Jorritsma van het ene op het andere moment bij de NOS vertrok. En zo belde Langs de Lijn-chef Ferry de Groot mij op een dag begin januari of ik naar Albertville wilde. Nou, daar hoef je dus geen milli-seconde over na te denken.
Als toenmalig presentator van NOS Langs de Lijn en NCRV Zaterdagsport volgde ik het schaatsen natuurlijk al wel, maar niet zo intensief dat ik een groot netwerk in de schaatswereld had. Ik schaatste zelf wel, maar dat mocht en mag nauwelijks naam hebben. Ik kende bondscoaches als Ab Krook en Henk Gemser en een enkele schaatser vanwege een bezoek aan mijn studio, maar om ter voorbereiding te netwerken en alle leden van de Olympische equipe even te ontmoeten, mocht ik een week naar Davos in Zwitserland, waar de Nederlandse schaatsploeg op trainingskamp was. Bovendien was daar nog een wereldbekerwedstrijd. Ik verdiepte mij in de cijfers: de records, de rondetijden en alles wat belangrijk was om een strak en goed verslag van een schaatswedstrijd te doen. En ik wilde dat de schaatsers en schaatsters wisten wie ik was. Dat was mijn voorbereiding op de Olympische Winterspelen in de Franse Alpen.

De NOS-radio-equipe in 1992 bestond uit Henk Kok, Jacques Chapel en technicus Gert Ooms. En ik dus. Jacques Chapel werkte destijds nog voor de Wereldomroep en ik zou met Henk Kok samen de schaatswedstrijden op Radio 1 verslaan en de interviews na afloop doen. De samenwerking met Kok is er niet een, waar ik echt veel plezierige herinneringen aan heb overgehouden. Kok is een wat aparte, stugge noordeling en het zal heus niet alleen aan hem, maar ook aan mij gelegen hebben. Noem het maar twee botsende karaktertjes. We hebben in Albertville zakelijk onze klus geklaard, maar dikke vrienden zijn we er in elk geval niet geworden. Hoeft ook niet perse. We hebben ook daarna nog wel samengewerkt en bijvoorbeeld een voetbalwedstrijd (Werder Bremen-PSV in 1994) gedaan.

Openingsceremonie van de Olympische Winterspelen in Albertville, live op Radio 1

Openingsceremonie van de Olympische Winterspelen in Albertville, live op Radio 1

Frankrijk is zeker geen schaatsland, maar het stadion, Stade de Patinage Olympique, zag er fraai uit. Het was geen overdekte baan, maar gewoon in de openlucht. Echt snelle tijden waren dus op voorhand al niet mogelijk. Bovendien was het weer in die week zo goed (lees: warm), dat de kwaliteit van het ijs ver beneden het nulpunt was. Na de Spelen is de ijsbaan weer afgebroken en nu is er een atletiekbaan en voetbalveld. Het zou de laatste keer zijn, dat het Olympisch schaatsen in de openlucht werd afgewerkt. Sinds Lillehammer in 1994 is het lange baan-schaatsen indoor. Ik kom nog jaarlijks langs het voormalige ijsstadion, als ik met de SkiThalys in januari op weg naar Tignes ben.
Chapel, Kok en ik zaten in een appartementencomplex even buiten Albertville, maar daar sliepen en ontbeten we slechts. Dagelijks vertoefden wij vele uren aan de rand van de ijsbaan, ook al omdat wedstrijden door de te warme weersomstandigheden keer op keer uitgesteld werden. Op niet-wedstrijddagen waren er persconferenties, werd er getraind en een keer ben ik op een vrije dag met technicus Gert Ooms wezen skien in het nabij gelegen Meribel.

Openingsceremonie van de Olympische Winterspelen in Albertville: ook dit stadion werd naderhand weer afgebroken.

Openingsceremonie van de Olympische Winterspelen in Albertville: ook dit stadion werd naderhand weer afgebroken.

Op de eerste dag van de Spelen mocht ik meteen de openingsceremonie voor de radio doen. Veel kan ik mij er niet meer van herinneren. Ook de openingsceremonie was in een gelegenheidsstadion, dat na de Spelen is afgebroken. Veel foto’s zijn er ook niet van. Op YouTube circuleren wel wat korte filmpjes. Overigens was het de Fransen helemaal niet te doen om de stad Albertville te promoten! Het ging hen louter en alleen om het achterliggende skigebied aan de wereld te laten zien. Espace Killy, Les Trois Vallees en aanpalende skigebieden waren en zijn voor de Haute Savoie een levensader. Het grote voordeel voor de Fransen was dat er dankzij de Spelen een fraaie vierbaans auto(tol)weg is aangelegd van Chambery tot Moutiers. Die snelweg ontsluit het immense skigebied sinds 1992 en is sindsdien veel beter en sneller bereikbaar.
Succesvol waren de Spelen zeker niet voor Nederland. De ploeg bestond uit veertien schaatsers en schaatsters, maar kwam met slechts vier medailles naar huis: een gouden voor Bart Veldkamp op de afsluitende 10 kilometer, zilver voor Falko Zandstra en brons voor Leo Visser op de 5 kilometer en op de 1500 meter.

Yvonne van Gennip valt op de 1500 meter in Albertville: de moedeloosheid en teleurstelling straalt er vanaf. (foto: ANP)

Yvonne van Gennip valt op de 1500 meter in Albertville: de moedeloosheid en teleurstelling straalt er vanaf. (foto: ANP)

De dames gingen helemaal zonder medailles naar huis, zelfs de vier jaar eerder in Calgary zo succesvolle Yvonne van Gennip leek er niets meer van te kunnen. Van Gennip ging op de 1500 meter onderuit en deed na de race huilend voor mijn microfoon haar verhaal op de Radio. Bijgaand geluidsfragment van die race zit nog steeds in  het archief van Beeld en Geluid. Ik weet nog dat ik haar daarna in het overzicht van de ochtendkranten op Radio 1 wat cynisch de nationale tut-hola heb genoemd, een kwoot die zelfs nog Studio Sport haalde. Ik heb Yvonne daarna geloof ik nooit meer gesproken. Na ‘Albertville’ was Van Gennip er klaar mee. Ze besloot een punt achter haar carrière te zetten als langebaanschaatsster. “Daar had ik eigenlijk geen spijt van, want ik werd op de 1500 meter letterlijk en figuurlijk weer met mijn kont op de grond gezet”, zei ze destijds.

Goud o de 10 kilometer voor Bart Veldkamp op de slotdag van Albertville 1992

Goud op de 10 kilometer voor Bart Veldkamp op de slotdag van Albertville 1992

Het Nederlandse schaatsen zat in die periode behoorlijk in een wak. Pas op de slotdag pakte Bart Veldkamp op de 10 kilometer mannen de eerste gouden plak voor ons land. En daar zou het bij blijven. Net zoals Albertville mijn eerste en laatste Winterspelen zouden zijn. Maar die nemen ze mij in elk geval niet meer af.

(Op 1 april a.s. ben ik 40 jaar journalist. In januari, februari en maart zal ik wekelijks in blog-vorm de nodige anekdotes uit 40 jaar Journalistiek prijsgeven, inclusief foto’s uit den ouden doosch! Soms hilarisch, soms spannend, misschien ook wel onthullend! Volgende week deel 7)

Read Full Post »

Ik heb in de afgelopen veertig jaar ontelbaar veel sporters geïnterviewd. Grote wereldtoppers als Steffi Graf, Jim Courier, Ben Johnson, Marion Jones, Carl Lewis,  Mike Powell, Johan Cruyff, Marco van Basten, Frank Rijkaard, Ruud Gullit, Willy Mtolo, Thomas Muster, Inge de Bruin, Leontien van Moorsel, Hennie Kuiper, Pieter VDH, om er maar eens een paar te noemen. Het waren er vele tientallen.

Interview met PSV- en Oranje-doelman Hans van Breukelen bij zijn afscheidswedstrijd op op 6 oktober 1994

Interview met PSV- en Oranje-doelman Hans van Breukelen bij zijn afscheidswedstrijd op op 6 oktober 1994

En ook minder bekende sporters. Er waren er die áltijd tijd voor je hadden. Frank en Ronald de Boer bijvoorbeeld. Maar ook Leo Beenhakker, Guus Hiddink, Dick Advocaat, Hans van Breukelen en Arnold Bruggink verstopten zich nooit, ook niet als er eens slecht gespeeld en verloren was. Soms zeiden ze wel eens: “Alsjeblieft, nu even niet!” en dan stonden ze de volgende keer weer voor je klaar. Ik begreep dat wel. Ik heb veel spelers zoals Ronald en Erwin Koeman, Frank de Boer en Fred Rutten eerst als speler en later als trainer geïnterviewd. Ik voelde dat dat mij altijd wel een voorsprong gaf, want er was vanuit het verleden al een wederzijds respect.

Interview met atleet Ben Johnson, in '88 op gebruik van doping betrapt

Interview met atleet Ben Johnson, in ’88 op gebruik van doping betrapt

Ik heb altijd op het standpunt gestaan dat ik niet populair hoef te zijn bij de sporters. Een prettige relatie is wel handig. Ik laat ze altijd uitpraten, behandel ze met respect in de hoop dat ze dat omgekeerd ook doen. Natuurlijk zijn er wel eens minder plezierige vragen. Maar daar ben ik journalist voor. In een eerdere blog meldde ik al dat skiër Bode Miller eens na een kwartier een einde maakte aan het interview omdat mijn vragen hem niet bevielen. Dat ging over zijn wat flamboyante levenswijze in het wereldje van topskiërs. Ook tennis-goeroe Nick Bolletieri had na een half uurtje geen trek meer in het interview. Hij keek op zijn klok en moest ineens weg.

Op bezoek bij tennis-goerie Nick Bolletieri in Florida. Had geen zin in kritische vragen...

Op bezoek bij tennis-goeroe Nick Bolletieri in Florida. Had geen zin in kritische vragen…

Precies op het moment dat ik hem kritisch ging ondervragen over de fysieke en mentale belasting van meisjes van elf jaar op zijn tennis-internaat in Florida. Aad de Mos kon wel eens nukkig doen in zijn periode als trainer bij Werder Bremen. Dan had-ie na een nederlaag gewoon geen zin in de pers en ontliep hij je. En ook PSV’ er Ibrahim Afellay wilde na een kritische opmerking over zijn spel niet meer met mij praten. Ach, dat waren momenten. Na een goed gesprek was de kou alweer uit de wereld en bleek het probleem kleiner te zijn dan het groot werd gemaakt. En Ajacied Winston Bogarde wilde tijdens het WK 1998 in Frankrijk uberhaupt niet met de NOS praten en dus ook niet met mij. Maar die brak toen op de training z’n been; dat loste zich dus vanzelf op. Ik vind dat ik als journalist het recht heb om kritisch te ondervragen. Daar kan de geinterviewde dan op reageren, kan het uitleggen, kan het verklaren, kan het ontkrachten. Daar geef ik hem de kans ook voor. Hoor en wederhoor. Heb ik altijd hoog in het vaandel gehad!

Interview met topskier Bode Miller. Had-ie niet zo'n zin in...

Interview met topskier Bode Miller. Had-ie niet zo’n zin in…

Eén man wil echter nóóit meer met mij praten: Willem van Hanegem. Dat heeft te maken met een voorval na afloop van de wedstrijd PSV-Feyenoord op 1 oktober 1995. PSV won die wedstrijd met 3-0 en Willem van Hanegem, destijds trainer van de Rotterdammers, kwam de kleedkamer uit en stak een sigaret op. Ik stond daar in de catacomben samen met Kees Jansma, die hem voor Studio Sport ook wilde interviewen. Ik, netjes: “Trainer, mag ik u zo even voor de radio?” Geen reactie. Ik denk: laat maar even, komt straks wel. Minuut of wat later vraagt Kees het, stopt Willem nog een sigaretje toe een Willem laat zich door Jansma-met-cameraman ondervragen. Toen Kees klaar was probeerde ik het nog eens. “Ik kreeg de volle laag! Of ik bij Sierd de Vos in de klas had gezeten, waarom ik bleef zeuren en drammen en meer dan dat soort onzin kreeg ik over me heen. Ik weer: “Trainer, ik vraag alleen maar normaal of ik u even voor de radio mag interviewen?” Weer een hele tirade van De Kromme. Dat interview heeft nooit meer plaatsgevonden. Van Hanegem werd daags na de nederlaag bij Feyenoord ontslagen. Wat ik even moet uitleggen is dat wij destijds soms niet met een bandrecorder interviewden, maar dat bij zo’n belangrijke wedstrijd op zondagmiddag een NOS-wagen met zender-faciliteiten buiten het stadion stond om interviews rechtstreeks in Langs de Lijn te kunnen uitzenden. Ik liep daar met zender-en-microfoon. Die hele woordenwisseling tussen Van Hanegem en mij is dus van A tot Z in de NOS-wagen opgenomen. En buiten mijn medeweten om nog op diezelfde zondag s-avonds in het NOS-sportprogramma ‘t Hek van de Dam uitgezonden. Daar wist ik overigens zelf niets van, ik hoorde dat maandags pas.

Willem van Hanegem is een NOS-microfoon. Maar niet de mijne...

Willem van Hanegem in een NOS-microfoon….maar niet de mijne!

Van Hanegem heeft mij dat altijd aangerekend. Hij zal ongetwijfeld gedacht hebben dat ik daar verantwoordelijk voor ben geweest. Niet dus. Jaren later, als coach van AZ en FC Utrecht heeft hij nooit meer met mij willen praten. “Ze kunnen van Langs de Lijn iedereen sturen, behalve Jansen”, heeft hij bij AZ eens tegen een collega geroepen. Jammer, want ik heb Van Hanegem hoog zitten als voetballer en voetbaltrainer. Jammer ook dat hij met zijn kenmerkende visie op voetbal nooit meer op televisie te zien is: niet meer bij VI, niet meer bij Sport1, niet meer bij FOX, niet meer bij Studio Sport. En aan wie zou dat liggen? Want ik weet ook dat Willem een eigenaardig persoon kan zijn met nukkig gedrag en een hoog rancune-gehalte. Het zij zo. Ik heb ermee leren leven. Hij is de enige in 40 jaar!

(Op 1 april a.s. ben ik 40 jaar journalist. In januari, februari en maart zal ik wekelijks in blog-vorm de nodige anekdotes uit 40 jaar Journalistiek prijsgeven, inclusief foto’s uit den ouden doosch! Soms hilarisch, soms spannend, misschien ook wel onthullend! Volgende week deel 6, ‘Albertville ’92 en de nationale tuthola…’)

Read Full Post »