Net als de meesten van jullie ben ik vandaag ook de vierde week van de ‘intelligente lockdown’ in gegaan. Het klinkt misschien stom, maar voor mij is er eigenlijk niet zo heel veel veranderd. Natuurlijk mis ik mijn sociale contacten, de vrijdagmiddag-borrel, contacten in de buurt, lekker met de fietsvrienden op toer, uit eten, dat soort dingen. Ik werkte natuurlijk al veel vanuit huis: dat is nu wat meer geworden. Interviewen doe ik niet meer fysiek, maar veel telefonisch. Of via Facetime of Skype. Dus ècht fysieke afspraken heb ik vrijwel niet meer.
De afgelopen twee weken heb ik twee video-interviews gedaan, met zo’n lange microfoonhengel: allemaal op afstand dus. Ik probeer verder ook zoveel mogelijk thuis te blijven. Ik doe twee, drie keer per week boodschappen, racefiets zoveel mogelijk alleen. Incidenteel met een sportmaatje, maar dan wel met in achtneming van de anderhalve meter. Zo goed als kwaad als dat dan lukt. En ik kan ook altijd op mijn balkon op de rollerbank fietsen (foto)
En ja, ik pas op mijn kleinzoon. Een paar keer per week. Dat klinkt tegenstrijdig bij de opvatting dat kleinkinderen beter even geen fysiek contact met opa’s en oma’s kunnen hebben, maar in ons geval is het even niet anders. Natuurlijk heb ik met mijn dochter en schoonzoon een risicoanalyse gemaakt. Want ik val met mijn 68 jaar in de risicogroep. Maar, los van het corona-virus zagen we elkaar toch al vrijwel iedere dag. Bovendien werken dochter èn schoonzoon beiden in cruciale beroepen. Dus ben ik –ook qua afstand met andere opa en oma’s- simpelweg de enige optie. Ik heb Julian uit proberen te leggen wat corona is: “Een erge griep en je kunt door hoesten en niezen andere mensen ziek maken. Dus we kunnen beter even niet knuffelen en kusjes geven. Kushandjes zijn voor nu ook even goed”.
We wassen wel tig keer per dag onze handen met desinfecterende zeep, in mijn hal staat op een sidetable een fles desinfecterende gel: iedereen die hier binnenkomt, maakt daar eerst z’n handen mee schoon. En ja, opa is wel oud, maar nog niet zó oud, dat er gevaar dreigt.
Je moet het een kind van 4.5 toch een beetje begrijpelijk uitleggen! Maar, Juul snapt het. Zegt hij. Hij heeft het er moeilijk mee dat-ie niet zo vaak kan knuffelen. Het is toch al zo’n knuffelkont. Dus hebben we de ‘beenknuffel’ uitgevonden. Knuffelen kan, maar dan pak je maar mijn been beet! Dat vind-ie fijn.
Verder werk ik veel. Maak momenteel veel verhalen voor het Eindhovens Dagblad, al dan niet corona-relateert. En dat is fijn, want hockeyclub Oranje-Rood bijvoorbeeld, heeft mijn werkzaamheden voor OranjeRoodTV even ‘on hold’ gezet. Geen probleem: ik snap dat. En zo is het ook met een aantal andere klussen, die voorlopig even niet doorgaan. In die zin heb ik de mazzel dat ik met AOW en pensioenuitkering in elk geval mijn vaste lasten kan betalen. Dus, lief hoor, maar over mij hoef je je ècht geen zorgen te maken. Ik ben gezond en probeer dat te blijven. Door goed en gezond te eten, door veel te sporten (drie keer per week de racefiets op), ik slaap goed en heb m’n hygiëne wat aangescherpt. En laat op gezette tijden wat alcohol door het bloed gieren. In de hoop dat ook dát een beetje helpt.
Natuurlijk maak ik mij zorgen! Om mijn kleinkind, kinderen, schoonzoon, schoondochter, broer, zus, andere familie, vrienden, vriendinnen, alle lieve mensen in mijn sociale kring. Maar, we gaan straks zeker dat gezellige drankje op het terras weer drinken. En ja, alle uitgestelde etentjes (sushi!!) gaan we inhalen. Dat beloof ik. Ik vrees alleen dat dat nog wel enige tijd gaat duren. Mijn vakantietripjes naar Alicante en Sitges in april en mei zijn al geannuleerd; ook Ibiza half juni gaat er waarschijnlijk aan. Het zij zo. Ik heb zelfs nu al bedenkingen of mijn geboekte trip naar Los Angeles eind oktober wel kan doorgaan. Ik ben altijd een optimist en denk graag in oplossingen, niet in problemen. Maar iets in mij zegt dat we hier voorlopig nog niet van af zijn.
Geef een reactie